“Leuk werk in de regio is er genoeg”

Ze noemt zichzelf wel eens gekscherend een ‘boomerang-Zeeuw’. Freelance journalist en tekstschrijver Elodie Kint (29) uit Heikant blijft maar terugkomen. Na haar studie bijvoorbeeld, na een tropisch avontuur op Curaçao en wie weet in de toekomst nog wel een keer. “Wonen in Zeeuws-Vlaanderen is véél goedkoper dan in de Randstad”, noemt ze als mogelijk argument. En leuk werk is er volgens haar genoeg.


Na je studie ben je terug in Zeeland komen wonen. Hoe vond je dat?

“Dat klopt. Nog geen vijf dagen nadat ik afstudeerde, werd ik gebeld door de PZC met de vraag of ik bij hen wilde komen werken. Ze hadden een traineeshipprogramma speciaal voor startende journalisten en boden me meteen een fulltime contract aan voor twee jaar. Dat had ik zelfs in mijn stoutste dromen niet durven bedenken, want tijdens mijn opleiding journalistiek werd me altijd verteld dat de banen niet voor het oprapen lagen.

Ik hoefde er dan ook niet lang over na te denken en verhuisde vanuit mijn studentenstad Tilburg terug naar Heikant om op het aanbod in te gaan. Dat bleek een goede keus. Ik vond mijn werk als regioverslaggever echt fantastisch. Elke dag sjeesde ik de provincie door om verslag te doen. Ik kwam op de leukste plekken en mocht iedereen altijd alles vragen. En dan had ik ook nog eens ontzettend leuke collega’s: het voelde echt als één grote familie.”

Toch kwam er na die twee jaar een einde aan. Waarom ging je weg? 

“Er waren wel interne vacature voorbij gekomen, maar er was er geen één waar mijn hart echt sneller van ging kloppen. Ik was nog maar 22 jaar en had geen zin om te solliciteren op een baan waar ik niet blij van werd. Dus toen mijn traineeship ten einde liep besloot ik mijn heil heel ergens anders te zoeken: op Curaçao. Daar heb ik anderhalf jaar gewerkt als journalist bij het Antilliaans Dagblad om uiteindelijk toch weer terug te komen naar Nederland.”
In eerste instantie weer terug naar Heikant, maar niet voor lang.

 Waar woon je nu? 

“Ik was om precies te zijn één dag terug in Nederland toen ik mijn huidige vriend tegen het lijf liep tijdens carnaval in Hulst – ja zeker, ook een echte Zeeuws-Vlaming, haha. Ik had op dat moment nog geen eigen woning, en hij had een mooi appartement in Rotterdam, waar hij na zijn studie was blijven hangen. Dus toen het serieus werd tussen ons, ben ik bij hem ingetrokken. Inmiddels woon we alweer drie jaar samen in ‘de Randstad’.”

Kom je nog vaak terug naar Zeeuws-Vlaanderen? 

“Ja, zeker. Omdat we allebei nog familie en vrienden hebben in Zeeuws-Vlaanderen komen we zeker één keer in de maand terug en dan blijven we meteen een heel weekend. Dan gaan we zoveel mogelijk bekenden af en genieten we verder vooral van de rust en de ruimte om ons heen. 

Ik maak dan ook steevast mijn rondje door de binnenstad van Hulst. Langs de Hema, Kruidvat, Xenos en Action bijvoorbeeld. Die winkels hebben we ook in Rotterdam, maar op de een of andere manier vind ik ze in Hulst veel fijner, haha. En je kunt er je auto goedkoop of zelfs gratis parkeren. Ideaal! 

Als we wat langer de tijd hebben, gaan we vaak ook even langs de kust. Die vind ik nergens zo mooi als in Zeeland. Het liefste gaan we naar Breskens. Dan parkeren we de auto bij de opstapplaats voor de pont naar Vlissingen en wandelen we langs de kust naar Loods Tien, een van mijn favoriete strandtenten. Je kunt hier goed eten, zit op het terras lekker uit de wind en het decor van de Noordzee is wat mij betreft echt onbetaalbaar!”
 

In hoeverre mis je Zeeuws-Vlaanderen wel eens? Wat zijn de dingen die je dan mist?

“Voor mijn gevoel is Zeeuws-Vlaanderen nooit ver weg en omdat we er regelmatig nog komen, hoef ik het in die zin ook niet te missen. Maar als ik dan toch wat moet noemen, dan is het vooral het eten: Belgische broodjes en preparé bijvoorbeeld. Maar ook garnalenkroketjes, Vlaamse frieten en in de zomer natuurlijk ook Zeeuwse mosselen. Die smaken op de één of andere manier altijd beter in Zeeland zelf, haha! 

Ook mis ik in Rotterdam wel een stukje woongenot dat ik bij vrienden en familie in Zeeuws-Vlaanderen wel zie. Je krijgt er gewoon zóveel meer ruimte voor je geld. Grotere huizen, ruimere tuinen en meer groen om je heen. Ik heb hier een balkonnetje op het noorden in een appartementenblok, waar ik alleen maar uitkijk op een hoop stenen. Nou, doe me dan maar die lekkere tuin met het zonnetje op mijn bol, hoor!”

Zou je ooit nog terug in Zeeuws-Vlaanderen willen wonen?

“Dat sluit ik zeker niet uit. Vroeger dacht ik nog wel eens dat er in Zeeland niet genoeg werk voor mij zou zijn. Maar ik ben er inmiddels achter dat het tegendeel waar is. Omdat er in Zeeland niet zoveel concurrenten zijn, krijg ik als freelance journalist en tekstschrijver júist heel veel leuke opdrachten uit de regio. Zo schrijf ik nog steeds voor de PZC, maar ook regelmatig voor Provincie Zeeland, Zeeland Business Magazine en Reham Makelaars. Daarnaast heb ik ook projecten gedaan voor Scalda, Rijkswaterstaat Zee en Delta en een paar lokale ondernemers. Super leuk!

Een ander argument dat voor mij belangrijk kan zijn om ooit terug te komen zijn de lage huizenprijzen. Een twee-onder-een-kap in een dorp rondom Rotterdam kost tegenwoordig zo’n 5,5 tot 6 ton. In Hulst of Sint Jansteen betaal je daar ruim 2 ton minder voor. Daardoor zouden we heel veel financiële ruimte overhouden voor dingen die we óók belangrijk vinden: zoals reizen bijvoorbeeld. Mijn vriend en ik werken nu regelmatig als digital nomad vanuit het buitenland en het lijkt me fantastisch om dat ook in de toekomst te kunnen blijven doen.

Of ik mijn draai in Zeeuws-Vlaanderen weer zou kunnen vinden? Dat weet ik wel zeker! Dat is me de vorige keer ook gelukt en ik heb de banden altijd warm gehouden. Ik ben standaard van de partij bij evenementen, zoals carnaval, Vestrock en het Trappistenweekend. En afgelopen weekend stond ik met mijn moeder bijvoorbeeld nog op de rommelmarkt tijdens de Vestingfeesten. Maar mijn wereld zou ook echt wel wat groter blijven dan alleen Hulst en omstreken. Als ik ergens anders naartoe wil dan stap ik gewoon de auto in en rijd ik erheen, want Zeeuws-Vlaanderen is echt het einde van de wereld niet.”